Je kent het wel: je steekt vol verwachting je favoriete geurkaars aan, maar na een paar keer branden zit je met een diep gat in het midden van de kaars, terwijl er aan de randen nog een hoop was overblijft. Zonde, toch? Dat verschijnsel heet tunneling, en gelukkig kun je er iets aan doen. In deze blog leggen we uit wat kaarsentunneling precies is, waarom het gebeurt en hoe je het voorkomt én oplost.
Wat is tunneling eigenlijk?
Tunneling gebeurt wanneer alleen het midden van een kaars smelt tijdens het branden. De vlam brandt zich als het ware een tunnel naar beneden, terwijl er aan de zijkanten een opstaande rand van harde was achterblijft. Dat is niet alleen zonde van de kaars, omdat je merendeels van de was niet kan opbranden, maar zorgt er ook voor dat de geur minder goed verspreidt en dat de kaars uiteindelijk moeilijker aan te steken is. In het ergste geval verdrinkt de lont zelfs in z’n eigen gesmolten was.
Waarom tunnelt een kaars?
Er zijn een paar veelvoorkomende oorzaken:
Te korte brandtijd: De nummer 1 oorzaak. Als je een kaars te snel uitblaast voordat het hele bovenoppervlak gesmolten is, blijft de was aan de randen hard en bouwt de tunnel zich op. Het is dus heel belangrijk dat je de eerste keer je brandtijd respecteert.
Verkeerde lont: Een lont die te dun is of niet past bij het formaat van de kaars, zorgt ervoor dat er onvoldoende warmte wordt gegenereerd om de hele oppervlakte te smelten. (dit is de taak van de kaarsenmaker, hierbij wordt er veel testwerk verricht)
Koude omgeving: Brand je kaars in een frisse ruimte? Dan kan de buitenste was sneller stollen voordat die de kans krijgt om te smelten.
Slechte kwaliteit kaarsen: Niet alle kaarsen zijn gelijk gemaakt. Lagere kwaliteit was of slecht ontworpen kaarsen hebben meer kans op tunneling.
De gouden regel: the first burn is everything
De allereerste keer dat je je kaars brandt, bepaalt hoe de rest van het kaarsleven zal verlopen. Laat de kaars lang genoeg branden zodat het hele oppervlak smelt – tot aan de rand. Hoe lang dat duurt? Dat hangt af van hoe breed de kaars is:
| Diameter kaars | Eerste brandtijd |
|---|---|
| 2,5 cm | 1 uur |
| 5 cm | 2 uur |
| 7,5 cm | 3 uur |
| 10 cm | 4 uur |
Plan dus je eerste kaarsmoment goed in. Geen tijd om lang te branden? Kies dan liever voor een kleinere kaars.
Zo voorkom je thuis tunneling
Laat de kaars altijd lang genoeg branden (zie de tabel hierboven).
Trim de lont tot ongeveer 0,5 cm (of iets langer bij grote kaarsen). vooraleer je ze terug aansteekt.
Brand in een ruimte op kamertemperatuur, niet te koud of tochtig.
Kies voor kwaliteit: Goedkopere kaarsen lijken aantrekkelijk, maar geven vaak sneller problemen zoals tunneling, alsook zijn deze niet goed voor je gezondheid.
Bewaar kaarsen op een stabiele temperatuur, weg van direct zonlicht of extreme kou.
Oeps… mijn kaars heeft al een tunnel. Wat nu?
Geen paniek! Er is een manier om je kaars te “redden”:
Aluminiumfolie-truc
Wikkel een stuk aluminiumfolie om de bovenkant van de kaars, laat alleen een kleine opening in het midden voor de vlam. Dit houdt de warmte binnen, waardoor de was aan de randen alsnog smelt. Laat dit ongeveer een uur branden (blijf er wel bij!).
Tot slot
Tunneling is een frustratie die veel kaarsliefhebbers kennen, maar met een beetje kennis en voorbereiding kun je het gemakkelijk voorkomen. Zorg voor een goede eerste brand, kies de juiste kaars voor jouw kaarsmomenten.
Kortom: behandel je kaars met liefde, en hij geeft je warmte, geur en sfeer terug – zonder verspilde was.
